Sociaal actieve ouderen

De impact van sociale netwerkverandering door het verlies van de echtgenoot*; ervaringen van thuiswonende ouderen


Willeke Vos onderzoekt hoe het sociale netwerk van thuiswonende ouderen verandert. Het sociale netwerk van een oudere kan bestaan uit familieleden, goede vrienden, buren, naasten en zorgmedewerkers. In dit onderzoek zocht Willeke naar antwoord op de vraag: welke impact heeft het verlies van de echtgenoot op het sociale netwerk van een thuiswonende oudere? Bijvoorbeeld doordat de echtgenoot verhuist naar een verpleeghuis of overlijdt. Hiervoor interviewde Willeke zes oudere dames.

Elke dame vertelde haar verhaal over het leven met en verlies van de echtgenoot. Gevoelens over het verlies gaan over dankbaarheid, waardering, affectie, trots en eenzaamheid. Positieve gevoelens van de dames na het verlies zijn bijvoorbeeld vrijheid van (moeten) zorgen en (weer) eigen keuzes kunnen maken. Negatieve gevoelens na het verlies zijn bijvoorbeeld geen daginvulling meer hebben omdat de rol als mantelzorger wegvalt, eenzaamheid en het lastig vinden om zelf het leven op te pakken. Hierna volgen de zes verhalen over de veranderingen in het sociale netwerk in verkorte versie.

Mevrouw Van Someren geeft aan dat ze zich eenzaam voelt na het overlijden van haar man. Tijdens en na het verlies had/heeft ze veel steun van haar dochter. Tijdens het ziekbed kwam er wekelijks een hulpverlener bij haar man bleef zodat mevrouw Van Someren even kon ontspannen met vrienden. Met deze vrienden heeft mevrouw Van Someren ook nu nog nauw contact. Ook houdt een zorgzame buur een oogje in het zeil op mevrouw Van Someren.

Mevrouw Jansen vertelde dat haar sociale netwerk niet veranderde en ook dat zij zich niet eenzaam voelde. Haar man verhuisde naar het verpleeghuis. Daar gaat de (zorg)relatie op afstand door. Mevrouw Jansen voelt zich trots en ook dankbaar dat zij en haar man nog steeds samen zijn. Interesse vanuit thuiszorgmedewerkers over hoe het met haar gaat waardeert mevrouw Jansen erg.

Mevrouw Doorwerth vertelt over het recente verlies van haar zus, twee dierbare vrienden en haar man. Ze geeft aan dat het verlies van de twee vrienden haar zwaarder valt dan het verlies van haar man. Gelukkig heeft ze veel steun aan haar kinderen. Daarnaast droomt mevrouw Doorwerth over uitjes en activiteiten die ze zou kunnen ondernemen.

Mevrouw De Vries vindt het moeilijk om alleen te zijn, ze voelt zich eenzaam. Ze beschrijft dat ze haar man eerst verloor aan Alzheimer en daarna nog een keer toen hij verhuisde naar het verpleeghuis. Toen haar man Alzheimer kreeg, startte ze een Facebookgroep met lotgenoten. Aan de leden van deze groep heeft ze veel steun. Daarnaast krijgt ze steun van haar zoon en van vrienden uit het dorp waar zij en haar man woonden.

Mevrouw Lansink vertelde levendig over het gezamenlijke leven en activiteiten met haar man. Ze is trots op dit leven en tevreden met het leven dat ze samen met haar man had. De dochter van mevrouw Lansink helpt haar met de boodschappen en soms gaan ze samen een dag op stap. Haar broer helpt haar soms met de email.

Mevrouw De Wit vertelt over mooie herinneringen zoals een fietstocht met picknick en een gezamenlijke hobby. Momenteel verspreidt mevrouw De Wit haar activiteiten over de dag en week uit om zichzelf bezig te houden. Ze is dankbaar dat haar twee pleegkinderen haar ondersteunen. Soms drinkt mevrouw De Wit koffie met twee dames die ook in een zorgappartement wonen. Mevrouw De Wit geeft aan dat zij oorspronkelijk niet hier vandaan komt. Omdat zij het plaatselijke dialect niet spreekt en omdat haar gehoor achteruitgaat, vindt zij het lastig om hechte vriendschappen op te bouwen.

Impact van verlies op drie niveaus

Uit de verhalen blijkt dat de impact van het verlies van de echtgenoot op drie niveaus zit en verschilt per persoon:

    1. Impact door ontregeling van het dagelijks leven. Dames die positief terugkijken op het leven samen met hun echtgenoot geven aan dat het verlies van de echtgenoot impact heeft. Hun welzijn is lager. Zij missen hun echtgenoot bij kleine dagelijkse dingen zoals eten en activiteiten. Dames die neutraal of negatief terugkijken op het gezamenlijke leven met hun echtgenoot geven aan dat het verlies bij hen minder impact heeft.
    2. Impact door verlies van een hechte relatie. De dames spraken met waardering en affectie over hun echtgenoot. Ook vertelden de dames levendige herinneringen aan gezamenlijke activiteiten. Wel kwam naar voren dat de balans in elke relatie anders is. In sommige relaties was de echtgenoot leidend in beslissingen en het sociale netwerk. In andere relaties was de dame hierin leidend. Ook waren er relaties waarbij beide echtelieden een autonoom leven leidden, met een sterke eenheid en tegelijk verschillende interesses en persoonlijkheden. De impact van verlies blijkt af te hangen van de hechtheid van de relatie. Bij de dames met een autonoom leven en een eigen sociaal netwerk was de impact van het verlies lager.
    3. Sociale steun, bijvoorbeeld van kinderen of broers/zussen, kan de impact van het verlies van de echtgenoot verminderen.

Ben je benieuwd naar het volledige Engelstalige artikel, klik dan hier. Wil je meer weten over het onderzoek van Willeke, kijk dan eens op haar onderzoekspagina.

Door Meriam Janssen, onderzoeksmakelaar en senior onderzoeker

*Met echtgenoot bedoelen we zowel echtgenoot als echtgenote

Veelgestelde vragen

  • Ik heb een goed idee voor een onderzoek. Waar kan ik terecht?

    Wat leuk! We horen graag vanuit de praktijk waar we onderzoek naar zouden moeten doen. Als je een idee hebt kun je ons mailen via het contactformulier op deze website.

  • Hoe werken jullie samen met zorgprofessionals?

    Binnen onze onderzoeken nemen ouderen en zorgprofessionals een centrale plek in. Binnen bijna elk onderzoek wordt hun perspectief bestudeerd en komen zowel ouderen als zorgprofessionals zoveel mogelijk zelf aan het woord. Daarnaast is er aan elk onderzoek een ‘klankbordgroep’ verbonden. Een groep bestaande uit zorgprofessionals en vaak een vertegenwoordiger van een cliëntenraad. Tijdens het onderzoek denkt deze groep mee.

    Daarnaast zijn een aantal ‘onderzoeksmakelaars’ werkzaam bij de Academische Werkplaats Ouderen. Zij werken vanuit de universiteit nauw samen met de zorgorganisaties en gaan op zoek naar manieren om kennis te delen met zorgprofessionals. Misschien ben je er weleens één tegengekomen?

    We maken gebruik van ons Expertteam Mensgerichte Ouderenzorg dat bestaat uit enthousiaste zorgprofessionals en studenten die vrijblijvend een aantal keer per jaar met ons mee willen denken. Ook organiseren we regelmatig evenementen voor zorgprofessionals om onze bevindingen te delen, zoals de jaarlijkse ‘Werkplaats’. Ouderen zijn hier uiteraard ook van harte welkom.

  • Wie bepaalt de onderwerpen van de onderzoeken?

    De onderwerpen van onderzoeken worden meestal bepaald door de promovendus, of Science Practitioner. De science practitioner loopt in zijn/haar werk vaak tegen een probleem of vraag aan die hij/zij binnen het onderzoek wil oplossen of beantwoorden. Daarnaast worden regelmatig onderzoeken uitgevoerd op basis van subsidies van de overheid. Het gaat dan om onderzoek naar actuele thema’s die worden gekozen samen met de zorgorganisaties die deel uitmaken van de Academische Werkplaats Ouderen.

  • Naar het Kennisplein